Barok

Deze stijl is ontstaan rond 1600 gekenmerkt door gebruik van overdreven beweging en heldere en duidelijke detaillering die drama, spanning, uitbundigheid en grandeur bracht in de beeldhouwkunst, schilderkunst, architectuur, literatuur, dans, theater en muziek. De stijl begon in Rome en verspreidde zich naar het grootste deel van Europa. Kenmerken voor de barokstijl zijn materialen als exotisch fineer en inlegwerk van schildpad, ivoor en parelmoer. Bekleding van zijde-damast (een weeftechniek, waarbij tekeningen aangebracht worden op een achtergrond van dezelfde kleur). Geschoren velours met drukke patronen, goud- en zilverbrokaat en borduursels. Elementen als de “kuif” op spiegels en kasten. Versieringen met weelderig houtsnijwerk in de vorm van dierenklauwen, vaasjes, kronen, vruchten of emblemen. Toepassingen van kroonluchters en lampkaarsjes van glas, kunststof, plexiglas en roestvrijstaal. Een van de stijlen die hier uit ontstaan is, doet ook wel denken aan de shabby chic stijl.